Conchita Wurst: ‘Ik vind het leuk om een jongen én een lady te kunnen zijn’
Vrijdagmiddag 1 augustus, half 4, hotel The Grand in Amsterdam. Op het binnenplein van het hotel checken artiesten hun apparatuur. Steeds meer mensen druppelen de lobby binnen. Grandeur, ademen de meubels en het marmer. Dit is geen slaapplek voor Ingrid of Henk: hier slapen de groten, de rijken, de royals. (…)
In de stad en in het hotel is de zinnelijke opwinding van dat wat komen gaat voelbaar: Amsterdam viert Gay Pride en Conchita is in town! Maar de zangeres ligt nog te slapen. ‘Het was een korte nacht’, zegt een assistent met kleine ogen tegen de journalisten in de lobby. De diva werkt hard: ze zong gisteren nog op de Gay Pride in Stockholm en heeft de nacht in het vliegtuig doorgebracht. Het is een reizend circus: het gezelschap vliegt van Londen naar Dublin en van Madrid naar Shanghai. Of andersom. Hoe dan ook: de vermoeidheid is voorstelbaar.
Ze wordt straks wakker als Tom, maar de pers heeft afspraken met de diva die het Songfestival won. Pruik, baard, wimpers: aan een kwartiertje voor de spiegel heeft Conchita niet genoeg. Tijd genoeg om het verhaal van de bearded lady nog eens door te nemen. Wie was ook alweer de 25-jarige Tom alias Conchita uit Bad Mitterndorf?
LHTBIQ-icoon tegen wil en dank
Conchita Wurst is het alter ego van Tom Neuwirth. Tom is géén transgender maar een ‘drag artist’: een travestiet. In het dagelijks leven een jongen die op jongens valt; op het podium de elegante zangeres Conchita. Die baard is er als statement: dat het niet uitmaakt hoe je jezelf presenteert. Een beetje prikkelen. Mensen aan het denken zetten. Maar ook ‘omdat het gewoon mooi staat’.
Ze is een celebrity geworden sinds ze in mei 2014 het Eurovisie Songfestival won. En voor de Europese gay community is een icoon geworden. Al moet ze aan die kwalificatie zelf nog wennen: ‘Ik voel me vereerd, maar ik weet ook dat ik nooit alle verwachtingen zal kunnen waarmaken’, zei ze eens in een interview.
Op vrijwel álle grote Europese Gayprides was ze de hoofdact deze zomer. En dus wil iedereen haar interviewen deze vrijdag in The Grand in Amsterdam. Conchita is wakker en klaar voor de pers. Ze ziet er onberispelijk uit, een verwarrend maar verleidelijk soort perfectie. Geen pukkeltjes, geen mee-eters, geen eigenwijze haren.
Met de elegantie van een vrouw op stand vlijt ze zich op haar stoel. Benen over elkaar, handen samengevouwen op de knieën, rug recht, oogopslag helder. Met engelengeduld staat ze de verzamelde pers te woord. Geen onvertogen woord. Opgewekt. Alles onder controle.
Toen je het Songfestival won, maakte je voor het oog van de wereld een statement. Je zei: ‘We are a unity and we are unstoppable.’ Wat bedoelde je daarmee?
Conchita: ‘Ten eerste: het had voor mij niets met moed te maken. Ik was gewoon mezelf. En ik moest dat statement gewoon maken. Ik had nooit verwacht dat ik als bearded drag queen uit Oostenrijk de avond zou gaan winnen. Pas de nacht van tevoren durfde ik voorzichtig voor te stellen hoe dat zou zijn. Ik wist wel dat áls ik zou gaan winnen, ik iets betekenisvols wilde zeggen. De uitspraak ‘we are unstoppable’ is krachtig en niet agressief, en er spreekt trots uit.
Ik wilde er vooral de mensen mee bedanken die mijn liedje en de boodschap erachter hadden gesteund. En ik wilde uitstralen dat we allemaal één zijn. Want ik geloof dat het mensen sterker maakt als ze het gevoel hebben dat ze ergens deel van uitmaken.’ Lachend: ‘mijn vrienden thuis hielden trouwens hun hart vast toen de presentator aan me vroeg of ik nog iets wilde zeggen. Ze dachten: ‘Oh mijn god, ze gaat het belangrijkste moment van haar leven verknallen!’
Hoe bijzonder was het dat je daar stond en won als Conchita: een homoseksuele jongen in het uiterlijk van een vrouw mét een baard?
‘Het bijzondere was dat ik me die avond niet een jongen of een meisje voelde, maar een mens. Dat vond ik zooo mooi. Ik heb van veel mensen gehoord dat ze vanaf seconde twee geen baard of jurk meer zagen, maar mij als geheel. Dat was precies wat ik wilde creëeren en uitdragen en ik vind het overweldigend dat dat dat is gelukt en dat ik mensen heb geraakt.’
Wat wil jij betekenen voor de LHTBIQ-community?
‘Ik wil uiteraard bijdragen aan de strijd voor gelijke rechten voor iedereen. Hoewel ik het absurd vind dat die strijd überhaupt nog nodig is. Ik las een slogan die wat mij betreft alles zegt: ‘Wanneer heb jij besloten om hetero te zijn?’ Fantastische uitspraak! De spijker op zijn kop. Ik wil dat mensen stoppen met denken dat homo zijn een keuze is. We zijn zo geboren en dat is wat het is!’
Hoe denk jij dan over mannelijkheid en vrouwelijkheid? Zou je liever zien dat de grenzen tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid minder strak en gekaderd zouden zijn?
Ze denkt even na. ‘Op een bepaalde manier wel, ja. Als het gaat om seksualiteit en ras bestaan er geen vaste hokjes: alles is veel meer flexibel. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik het juist heel erg leuk vind om een jongen én een lady te kunnen zijn. Dus ook ik denk in hokjes, want ik zoek de verschillen tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid bewust op. Maar mijn punt is: het zou niet moeten uitmaken hoe je je presenteert. Ik snap trouwens wel waarom mensen geneigd zijn om in hokjes te denken. Het is een manier om dingen te begrijpen en te organiseren in je hoofd.’
Een homoseksuele jongen die als vrouw mét baard het Eurovisie Songfestival wint. Voor sommigen was Conchita’s overwinning toch echt een brug te ver. ‘Ze hebben in Europa geen mannen en vrouwen meer: ze hebben ‘het’ ’, merkte een Russisch politicus cynisch op. ‘Dit is het het einde van Europa.’
Man, vrouw, transgender, travestiet?
De meeste Eurovisiekijkers én -stemmers in Europa hadden wél waardering voor het liedje en zijn vertolker, maar zelfs in het progressieve West-Europa riep Conchita’s verschijning verwarring op. Is het een man of een vrouw, een transgender of een travestiet? De pruik, de baard: wat is echt en wat niet?
Vanmiddag in hotel The Grand zit er geen man die zich als vrouw verkleedt. Hier zit een vrouw – een hele mooie zelfs. Nageltjes gelakt, stiletto’s onder de voeten, zilveren knopjes in de oren. Ze heeft geen scherpe jukbeenderen en geen brede schouders. Als je niet beter zou weten, dan zat hier een doodnormale winnares van het Songfestival – en niet eentje die vannacht gaat slapen als Tom Neuwirth. Een tikkeltje verwarrend is dat wel. Zelfs voor een progressieve verslaggever uit West-Europa.
Merk jij dat mensen zich anders gedragen tegenover Conchita dan tegenover Tom?
‘Ja, absoluut. Vooral mijn mannelijke vrienden. Als ik Tom bent, is het zoals het altijd is geweest: samen eten, dingen doen, whatever. Als ik Conchita ben, houden ze ineens de deur voor me open. Geven ze mijn jas aan. Zeggen ze: ‘let op het afstapje’. Totáál anders! Dat zouden ze bij Tom nooit doen.’
Dat lijkt me een vreemde ervaring.
‘Ik vind het vooral heel grappig en leuk dat ze het karakter Conchita met zoveel respect en waardigheid tegemoet treden. Ook omdat wij drag artiesten zoveel moeite doen voor onze karakters en onze outfits. Dat verklaart denk ik ook waarom we het zo irritant vinden als iemand ons bij onze echte naam noemt terwijl we in onze rol zijn. Dat vind ik echt ignorant.’
Hoe anders voel jíj je als je Conchita bent?
‘Ik voel me zekerder. Voordat ik Conchita bedacht, was ik heel onzeker over mijn lichaam. Ik wilde aankomen, sporten, mannelijker worden, spieren kweken, maar mijn lichaam is gewoon niet zo! Als Conchita begon ik het juist heel leuk te vinden om smal en mager te zijn. Ik heb als vrouw pas echt de schoonheid van mijn lichaam kunnen omarmen. Ik ben ook veel geduldiger.
Tom is vaak boos of geïrriteerd. Hij kan bijvoorbeeld slecht tegen lang wachten. ‘Lets go, let’s go’, roept hij dan geïrriteerd. Als Conchita ben ik veel relaxter. Ik kan tegen mezelf zeggen: oké, het wachten is niet leuk, maar ik moet ermee dealen. En dat is het klaar. Ze beïnvloeden elkaar ook: Tom is een stuk geduldiger geworden door te te kijken Conchita. Ik leer veel meer over wie ik ben door zowel Tom als Conchita te zijn.’
Even met een knipoog: wie van de twee is het leukst?
‘Ik hou van allebei. En ze irriteren me allebei.’ Met een zucht: ‘Ik zou eigenlijk nog een derde karakter moeten verzinnen.’